Hilversum, Er is een toenemende trend in Europa om buitenlandse (zwerf) honden te redden en te importeren. Wereldwijd leven honden soms in erbarmelijke omstandigheden op straat of in twijfelachtige fokkerijen. Veel stichtingen redden dit soort dieren en zoeken adoptieadressen in diervriendelijkere landen. Hoewel hulp en herplaatsing voor deze honden vanzelfsprekend nodig is moet er wel met bepaalde zaken rekening gehouden worden. Stichting ESCCAP geeft wetenschappelijk onderbouwde informatie over preventie in het kader van One Health. ESSCAP heeft een consumenten voorlichtingscampagne gestart over dit onderwerp.
De Europese regelgeving vereist alleen preventieve maatregelen tegen hondsdolheid (rabiës) en in sommige landen ook tegen de Vossenlintworm (Echinococcus multilocularis). Beide infecties zijn een groot risico voor de volksgezondheid. Er kunnen bij buitenlandse honden echter andere parasieten en overbrengers van ziekten (vectoren), zoals teken, aanwezig zijn die niet voorkomen in Noord-Europa. De officiële instanties adviseren om geen zwerf- of asieldieren uit het buitenland mee naar huis te nemen. Men kan beter geld of voeding schenken aan lokale dierenbeschermingsorganisatie om opvang en castratieprogramma’s te kunnen uitvoeren, waardoor de problematiek ter plaatse wordt aangepakt.
Mocht een hond of kat wel zijn meegenomen, dan is het essentieel dat het dier goed onderzocht wordt door een dierenarts. Importhonden kunnen ziektes bij zich dragen zonder dat ze symptomen vertonen. Dieren die recent uit Oekraïne* gekomen zijn, zijn potentieel gevaarlijk omdat daar nog rabiës voorkomt. Daarom wordt geadviseerd deze dieren in thuisquarantaine te houden en te vaccineren. Importhonden kunnen ook exotische teken bij zich hebben. Soorten die hier (nog) niet of nauwelijks voorkomen. In 2019 werd Nederland nog opgeschrikt door het vinden van de Hyalomma (reuzen) teek, die normaliter in Azië, Afrika en Zuid(oost) Europa voorkomt. Door de warmere winters overleven dit soort teken makkelijker.
Naast risico’s voor de volksgezondheid zijn ook gedragsproblemen een punt van zorg. Zwerfhonden of honden uit professionele kennels zijn niet altijd goed gesocialiseerd. Ze hebben niet geleerd zich te gedragen in huiselijke of verschillende situaties. Dit kan leiden tot wegloopgedrag, nervositeit, agressie, verlatingsangst en andere gedragsproblemen. Dierengedragstherapeuten kunnen hierbij helpen en het is raadzaam eigenaren met de intentie een buitenlandse hond te importeren of degene die er al een hebben, erop te wijzen tijdig advies te vragen.
Vooral tijdens corona zijn er veel honden uit het buitenland naar ons land gekomen. Helaas worden er nog steeds dieren illegaal verkocht en geïmporteerd. Té jonge pups bij de moeder weghalen, dieren die niet goed gevaccineerd zijn of geen juiste identificatie met een paspoort of chip hebben, het komt helaas nog steeds voor. Dierenartsen en paraveterinairen hebben een belangrijke signaleringsfunctie.
Stichting ESCCAP ondersteunt dierenartsen bij de communicatie over verantwoord huisdierbezit en parasietenbestrijding. Dit houdt in dat er bijvoorbeeld wordt geadviseerd om gezondheidscontroles uit te voeren en mensen die naar Zuid-Europa reizen te wijzen op de noodzakelijke preventie van hartworm, Leishmania en lintworm. Er is een Informatie bulletin samengesteld met belangrijke aandachtspunten bij import van (zwerf)honden uit het buitenland. Dit bulletin kan gratis gedownload worden van de website www.esccap.eu/professionals/downloads
De jaarlijkse voorlichtingscampagne ‘Maand van de Parasiet’ heeft dit jaar aandacht voor het onderwerp ‘Ontworming en invloed op de omgeving’. Steeds belangrijker wordt de vraag of er ook nadelige effecten van parasitaire middelen voor gezelschapsdieren zijn in de omgeving en, als dat het geval zou zijn, hoe deze zoveel mogelijk voorkomen kunnen worden. Een belangrijke maatregel is het opruimen van hondenontlasting. De Maand van de Parasiet zet voorlichting over gerichte parasietenbestrijding centraal en is een initiatief van ESCCAP (European Scientific Counsel Companion Animal Parasites). Een Europese stichting die zich onder andere sterk maakt voor een wormbestrijding op maat en hygiënische omgang met huisdieren.
Uit diverse rapporten blijkt dat het belangrijk is om de eventuele effecten op de omgeving van middelen tegen in- en uitwendige parasieten van gezelschapsdieren te onderzoeken. Bekend is dat de uitscheiding van deze middelen of de afbraakproducten ervan, vooral plaatsvindt via de ontlasting. Naast dat hondenpoep niet fris is en ook ziektes kan overbrengen, is de eventuele invloed op de omgeving ook een reden om het opruimen van hondenpoep te verplichten. In deze Maand van de Parasiet worden diereigenaren daarom gewezen op de noodzaak om ontlasting op te ruimen en deze in de rest-afvalcontainer te deponeren. Niet in de groenbak, omdat eventueel aanwezige parasieteneitjes het composteringsproces kunnen overleven. Naast het opruimen van hondenpoep, moet er ook aandacht zijn voor kattenpoep. Nog steeds zijn er openbare en tuinzandbakken die niet afgedekt worden met risico’s op besmetting met spoelworm (Toxocara) en Toxoplasma.
De Maand van de Parasiet wordt al voor het zevende jaar georganiseerd en dierenartsen benutten deze maand om voorlichting te geven over parasieten en de bestrijding ervan. Praktijken die conform de ESCCAP richtlijnen adviseren zijn vindbaar op de website van ESCCAP en via de HuisdierenApp. Met deze gratis te downloaden app kunnen herinneringen voor het gebruik van anti-parasitica worden ingesteld. Dit bevordert de alertheid op tijdig behandelen en daarmee therapietrouw.